Tot en met dinsdag 26 oktober 2021 17:00 uur kunt u Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) 3e kwartaal 2021 aanvragen. De TVL is bedoeld voor ondernemers die (meer dan) 30% omzet verliezen en daardoor in de problemen komen met het betalen van hun vaste lasten.
Net als bij de TVL 2e kwartaal 2021 wordt 100% van de berekende vaste lasten vergoed. Dit keer kan worden gekozen tussen het 3e kwartaal 2019 of het 3e kwartaal 2020 als referentieperiode voor de berekening van het omzetverlies. De land- en tuinbouwsector houdt recht op een opslag voor speciale kosten voor het in leven houden van dieren en gewassen van 21%. Voor de opslag geldt een maximum van € 225.000 voor de hele coronaperiode. Voor de TVL 3e kwartaal 2021 geldt een maximum van € 550.000 voor MKB-bedrijven en een minimum van € 1.500.
Voorwaarden TVL 3e kwartaal 2021
De voorwaarden voor het kunnen aanvragen van TVL 3e kwartaal 2021 zijn ongewijzigd ten opzichte van de voorgaande periode. Voor MKB-ondernemingen zijn deze voorwaarden:
- Een omzetverlies van minimaal van 30% in vergelijking met het 3e kwartaal 2019 (of het 3e kwartaal 2020);
- De vaste lasten van de onderneming zijn minimaal € 1.500,00 per kwartaal op basis van het percentage vaste lasten van de hoofdactiviteit van de onderneming (zgn. berekende vaste lasten);
- De onderneming stond op 30 juni 2020 ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel;
- Nagenoeg alle SBI-codes geven recht op TVL, maar er gelden uitzonderingen voor financiële instellingen (SBI-code 64), verzekeringen en pensioenfondsen (SBI-code 65), overige financiële dienstverlening (SBI-code 66), openbaar bestuur, overheidsdiensten en verplichte sociale verzekeringen (SBI-code 84), publiek bekostigde scholen en instellingen (SBI-code 85), huishoudens als werkgever van huishoudelijk personeel (SBI-code 97), niet-gedifferentieerde productie van goederen en diensten door particuliere huishoudens voor eigen gebruik (SBI-code 98) en extraterritoriale organisaties en lichamen (SBI-code 99). Als de ondernemer alléén SBI-code 64.2, 64.30.3 of 70.10 als hoofdactiviteit heeft en verder geen nevenactiviteit, heeft de betreffende ondernemer geen recht op TVL;
- De onderneming moet een fysieke vestiging in Nederland hebben en dit blijkt ook uit het handelsregister;
- De onderneming heeft minstens één vestiging op een ander adres dan het privéadres van de ondernemer(s) of de vestiging staat los van de privéwoning en heeft een eigen opgang of toegang. Uitgezonderd zijn horecaondernemingen met SBI-code 56.10.1, 56.10.2 en 56.30 en ambulante ondernemingen met SBI-code 47.81.1, 47.81.9, 47.82, 47.89.1, 47.89.2, 47.89.9, 49.39.1, 49.32, 49.41, 49.42, 50, 51.10, 53, 85.53 of 93.21.2 (auto- en motorrijscholen, taxibedrijven, touringcar operators, markthandelaren, kermisexploitanten, recreatieve vliegsector, binnenvaart, zee- en kustvaart, goederenvervoer over de weg, verhuisvervoer, post- en koeriersdiensten). Bij deze ondernemingen mag het privéadres van de ondernemer(s) wel gelijk zijn aan het vestigingsadres;
- De onderneming heeft op 31 december 2019 of daarna geen uitstel van betaling aangevraagd bij de rechtbank;
- De onderneming is op 31 december 2019 of daarna niet failliet;
- De onderneming verkeerde op 31 december 2019 niet in financiële moeilijkheden. In één van de volgende situaties is sprake van een MKB-onderneming in moeilijkheden (toetsmoment dus eind 2019):
- Als meer dan de helft van het geplaatste aandelenkapitaal door de opgebouwde verliezen is verdwenen;
- Als meer dan de helft van het kapitaal in de onderneming zoals dat in de boeken van de onderneming is vermeld, door de gecumuleerde verliezen is verdwenen;
- Als tegen de ondernemer een collectieve insolventieprocedure loopt of de onderneming aan de criteria voldoet om, op verzoek van haar schuldeisers, aan een collectieve insolventieprocedure te worden onderworpen;
- Als de ondernemer reddingsteun heeft ontvangen en de lening nog niet heeft terugbetaald of de garantie nog niet heeft beëindigd, dan wel herstructureringssteun heeft ontvangen en nog steeds in een herstructureringsplan zit;
- Na het krijgen van de subsidie heeft de onderneming in totaal niet meer dan € 1.800.000 (bruto) aan overheidssteun hebben ontvangen. Uitzonderingen daarop zijn de visserij- en aquacultuursector en de primaire productie van landbouwproducten. Voor visserij- en aquacultuur geldt een maximum van € 270.000 overheidssteun. Voor de primaire productie van landbouwproducten geldt een maximum van € 225.000 overheidssteun.
Accountantsproduct
Bij aanvragen van € 125.000 of hoger moet bij de aanvraag en bij de vaststelling een accountantsproduct worden aangeleverd. Een derdenverklaring is nodig bij een aanvraag van € 25.000 of hoger door een ondernemer die voor het eerst is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel tussen 16 maart en 30 juni 2020. De behandeltermijn van 8 weken gaat pas van start op het moment dat het accountantsproduct en/of de derdenverklaring is aangeleverd bij de RvO.
Aanvraag
Als u een eenmanszaak heeft of firmant van een vennootschap onder firma bent, dan kunt u de TVL zelf aanvragen met behulp van uw DigiD via de website van het RvO (https://www.rvo.nl/subsidie-en-financieringswijzer/tvl). Als u een BV heeft, dan heeft u sinds 12 april jl. een e-Herkenning op niveau 3 nodig om een TVL te kunnen aanvragen. Dit kan niet met het speciale eH3 belastingdienstmiddel, aangezien dat alleen is bedoeld om belastingaangifte te doen. Het eH3 belastingdienstmiddel kan worden omgezet naar een gewoon eH3 middel, maar dan kunt u geen gebruik meer maken van de compensatieregeling e-Herkenning belastingdienst.
Wij kunnen voor u de tegemoetkoming aanvragen via onze eigen e-Herkenning indien u ons daarvoor digitaal toestemming heeft gegeven (zgn. ketenmachtiging) én een getekende opdrachtbevestiging heeft aangeleverd bij uw relatiebeheerder. Een blanco opdrachtbevestiging treft u bijgaand aan.
Mocht u vragen hebben over de TVL, neem gerust contact op met uw relatiebeheerder.